Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor identiteitsbewijs in het Nederlands

identiteitsbewijs:

identiteitsbewijs [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het identiteitsbewijs
    het identiteitsbewijs; legitimatiepapieren; het legitimatiebewijs; het persoonsbewijs; de legitimatiekaart; de legitimatie; de identiteitskaart
  2. het identiteitsbewijs
    het paspoort; het identiteitsbewijs; de pas
  3. het identiteitsbewijs
    het identiteitsbewijs

Verwante woorden van "identiteitsbewijs":