Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. leerlingen:
  2. leerling:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor leerlingen in het Nederlands

leerlingen:

leerlingen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de leerlingen
    de leerlingen; de scholieren; de pupillen; de studenten

Verwante woorden van "leerlingen":


leerling:

leerling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de leerling
    de leerling; de scholier
    • leerling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • scholier [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. de leerling
    de leerling
    • leerling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. de leerling
    – wie iemands ideeën overneemt 1
    de leerling
    – wie iemands ideeën overneemt 1
    • leerling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • de apostelen waren leerlingen van Jezus1
  4. de leerling
    – wie les krijgt 1
    de leerling
    – wie les krijgt 1
    • leerling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • er zitten driehonderd leerlingen op deze school1

Verwante woorden van "leerling":


Antoniemen van "leerling":


Verwante definities voor "leerling":

  1. wie iemands ideeën overneemt1
    • de apostelen waren leerlingen van Jezus1
  2. wie les krijgt1
    • er zitten driehonderd leerlingen op deze school1