Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Tramper:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Tramper (Duits) in het Frans

Tramper:

Tramper [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Tramper (Landstreicher; Vagabund)
    le clochard; le vagabond
  2. der Tramper (Anhalter; Anhalterin)
    l'auto-stoppeur

Vertaal Matrix voor Tramper:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
auto-stoppeur Anhalter; Anhalterin; Tramper
clochard Landstreicher; Tramper; Vagabund Drecksau; Dreckschwein; Dreckspatz; Ferkel; Sau; Schmierfink; Schmutzfink; Schweinigel
vagabond Landstreicher; Tramper; Vagabund Landstreicher; Vagabund
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vagabond Wanderkrank; herumreisend; umherstreifend; unstet; wandernd

Synoniemen voor "Tramper":


Wiktionary: Tramper

Tramper
noun
  1. transport|fr Personne qui fait de l’autostop.

Cross Translation:
FromToVia
Tramper autostoppeur; pouceux hitchhiker — a person who hitchhikes