Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Anknüpfungspunkt:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Anknüpfungspunkt (Duits) in het Nederlands

Anknüpfungspunkt:

Anknüpfungspunkt [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Anknüpfungspunkt (Anhaltspunkt; Wink; Hinweis; Indiz)
    het aanknopingspunt; de aanwijzing

Vertaal Matrix voor Anknüpfungspunkt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanknopingspunt Anhaltspunkt; Anknüpfungspunkt; Hinweis; Indiz; Wink
aanwijzing Anhaltspunkt; Anknüpfungspunkt; Hinweis; Indiz; Wink Angabe; Anspielung; Anweisung; Anweizung; Anzeichen; Bote; Fingerzeig; Hinweis; Indikation; Indiz; Instruktion; Richtlinie; Schimmer; Spur; Stichwort; Tip; Verweisung; Vorbote; Vorzeichen; Wink

Wiktionary: Anknüpfungspunkt

Anknüpfungspunkt
noun
  1. feit of gegeven op basis waarvan wordt voortgebouwd, verder geredeneerd enz.