Duits
Uitgebreide vertaling voor anbezahlen (Duits) in het Nederlands
anbezahlen:
-
anbezahlen (anzahlen; im voraus zahlen)
Vertaal Matrix voor anbezahlen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aanbetalen | Anzahlen | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aanbetalen | anbezahlen; anzahlen; im voraus zahlen |