Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. entlegen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor entlegen (Duits) in het Zweeds

entlegen:

entlegen bijvoeglijk naamwoord

  1. entlegen (abgelegen; weitentfernt)
    långt; fjärran; mycket; avlägsen; lång; långt borta
  2. entlegen (abgelegen)
    avsides belägen

Vertaal Matrix voor entlegen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mycket Berg; Haufen; Masse; Menge; Stapel; große Masse
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
mycket abgelegen; entlegen; weitentfernt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avlägsen abgelegen; entlegen; weitentfernt
avsides belägen abgelegen; entlegen
fjärran abgelegen; entlegen; weitentfernt
lång abgelegen; entlegen; weitentfernt extensiv; lang; umfangreich
långt abgelegen; entlegen; weitentfernt extensiv; groß; hochgewachsen; lang; schlank; stattlich; umfangreich
långt borta abgelegen; entlegen; weitentfernt
mycket besonders; gehörig; sehr

Synoniemen voor "entlegen":


Wiktionary: entlegen


Cross Translation:
FromToVia
entlegen fjärran; avlägsen lointain — Qui est fort éloigné du lieu où l’on est ou dont on parle