Engels
Uitgebreide synoniemen voor amazed in het Engels
amazed:
-
amazed
astonished; speechless; amazed; staggered; stupefied; dumb; blank; inarticulate-
astonished bijvoeglijk naamwoord
-
speechless bijvoeglijk naamwoord
-
amazed bijvoeglijk naamwoord
-
staggered bijvoeglijk naamwoord
-
stupefied bijvoeglijk naamwoord
-
dumb bijvoeglijk naamwoord
-
blank bijvoeglijk naamwoord
-
inarticulate bijvoeglijk naamwoord
flabbergasted– as if struck dumb with astonishment and surprise 1-
flabbergasted bijvoeglijk naamwoord
-
-
amazed
– filled with the emotional impact of overwhelming surprise or shock 1stunned; astonished; amazed; astounded; astonied– filled with the emotional impact of overwhelming surprise or shock 1-
stunned bijvoeglijk naamwoord
-
astonished bijvoeglijk naamwoord
-
amazed bijvoeglijk naamwoord
-
astounded bijvoeglijk naamwoord
-
astonied bijvoeglijk naamwoord
-
Verwante woorden van "amazed":
Alternatieve synoniemen voor "amazed":
Verwante definities voor "amazed":
amaze:
-
to amaze
-
to amaze
– affect with wonder 1
Conjugations for amaze:
present
- amaze
- amaze
- amazes
- amaze
- amaze
- amaze
simple past
- amazed
- amazed
- amazed
- amazed
- amazed
- amazed
present perfect
- have amazed
- have amazed
- has amazed
- have amazed
- have amazed
- have amazed
past continuous
- was amazing
- were amazing
- was amazing
- were amazing
- were amazing
- were amazing
future
- shall amaze
- will amaze
- will amaze
- shall amaze
- will amaze
- will amaze
continuous present
- am amazing
- are amazing
- is amazing
- are amazing
- are amazing
- are amazing
subjunctive
- be amazed
- be amazed
- be amazed
- be amazed
- be amazed
- be amazed
diverse
- amaze!
- let's amaze!
- amazed
- amazing
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they