Engels

Uitgebreide synoniemen voor autocratic in het Engels

autocratic:

autocratic bijvoeglijk naamwoord

  1. autocratic
    autocratic
  2. autocratic
    – characteristic of an absolute ruler or absolute rule; having absolute sovereignty 1
    authoritarian; autocratic; despotic; dictatorial; tyrannical; tyrannic
    – characteristic of an absolute ruler or absolute rule; having absolute sovereignty 1
    • authoritarian bijvoeglijk naamwoord
      • an authoritarian regime1
    • autocratic bijvoeglijk naamwoord
      • autocratic government1
    • despotic bijvoeglijk naamwoord
      • despotic rulers1
    • dictatorial bijvoeglijk naamwoord
      • a dictatorial rule that lasted for the duration of the war1
    • tyrannical bijvoeglijk naamwoord
      • a tyrannical government1
    • tyrannic bijvoeglijk naamwoord
  3. autocratic
    – offensively self-assured or given to exercising usually unwarranted power 1
    autocratic; magisterial; high-and-mighty; dominating; bossy; peremptory
    – offensively self-assured or given to exercising usually unwarranted power 1
    • autocratic bijvoeglijk naamwoord
      • an autocratic person1
      • autocratic behavior1
    • magisterial bijvoeglijk naamwoord
      • managed the employees in an aloof magisterial way1
    • high-and-mighty bijvoeglijk naamwoord
    • dominating bijvoeglijk naamwoord
      • a rather aggressive and dominating character1
    • bossy bijvoeglijk naamwoord
      • a bossy way of ordering others around1
    • peremptory bijvoeglijk naamwoord
      • a swaggering peremptory manner1

Alternatieve synoniemen voor "autocratic":


Verwante definities voor "autocratic":

  1. characteristic of an absolute ruler or absolute rule; having absolute sovereignty1
    • autocratic government1
  2. offensively self-assured or given to exercising usually unwarranted power1
    • an autocratic person1
    • autocratic behavior1