Overzicht
Engels Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. buttocks:
  2. buttock:


Engels

Uitgebreide synoniemen voor buttocks in het Engels

buttocks:

buttocks [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the buttocks
    – the fleshy part of the human body that you sit on 1
    the buttocks
    – the fleshy part of the human body that you sit on 1
    • buttocks [the ~] zelfstandig naamwoord
    the ass; the bottom; the bum; the behind; the backside; the rump; the rear; the fanny
    • ass [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bottom [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bum [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • behind [the ~] zelfstandig naamwoord
    • backside [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rump [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rear [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fanny [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
    the arse
    – vulgar slang for anus 1
    • arse [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
  2. the buttocks
    – the fleshy part of the human body that you sit on 1
    the buttocks
    – the fleshy part of the human body that you sit on 1
    • buttocks [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "buttocks":


Alternatieve synoniemen voor "buttocks":


Verwante definities voor "buttocks":

  1. the fleshy part of the human body that you sit on1

buttock:

buttock [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the buttock
    the buttock
    • buttock [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the buttock
    – either of the two large fleshy masses of muscular tissue that form the human rump 1
    the cheek; the buttock
    – either of the two large fleshy masses of muscular tissue that form the human rump 1
    • cheek [the ~] zelfstandig naamwoord
    • buttock [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "buttock":


Alternatieve synoniemen voor "buttock":


Verwante definities voor "buttock":

  1. either of the two large fleshy masses of muscular tissue that form the human rump1