Engels

Uitgebreide synoniemen voor chaos in het Engels

chaos:

chaos [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the chaos
    the chaos; the disorder; the confusion; the welter; the muddle; the mix-up; the mess; the trouble; the tangle
    • chaos [the ~] zelfstandig naamwoord
    • disorder [the ~] zelfstandig naamwoord
    • confusion [the ~] zelfstandig naamwoord
    • welter [the ~] zelfstandig naamwoord
    • muddle [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mix-up [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mess [the ~] zelfstandig naamwoord
    • trouble [the ~] zelfstandig naamwoord
    • tangle [the ~] zelfstandig naamwoord
    the maze
    – something jumbled or confused 1
    • maze [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the chaos
    the mess; the debris; the chaos
    • mess [the ~] zelfstandig naamwoord
    • debris [the ~] zelfstandig naamwoord
    • chaos [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. the chaos
    the crisscross; the tangle; the muddle; the chaos
    • crisscross [the ~] zelfstandig naamwoord
    • tangle [the ~] zelfstandig naamwoord
    • muddle [the ~] zelfstandig naamwoord
    • chaos [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. the chaos
    the disorder; the chaos; the disarray; the confusion; the absence of order
  5. the chaos
    the caboodle; the chaos
    • caboodle [the ~] zelfstandig naamwoord
    • chaos [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. the chaos
    the muddle; the mess; the mayhem; the caboodle; the hash; the chaos
    • muddle [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mess [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mayhem [the ~] zelfstandig naamwoord
    • caboodle [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hash [the ~] zelfstandig naamwoord
    • chaos [the ~] zelfstandig naamwoord
  7. the chaos
    – (physics) a dynamical system that is extremely sensitive to its initial conditions 1
    the chaos
    – (physics) a dynamical system that is extremely sensitive to its initial conditions 1
    • chaos [the ~] zelfstandig naamwoord
  8. the chaos
    – the formless and disordered state of matter before the creation of the cosmos 1
    the chaos
    – the formless and disordered state of matter before the creation of the cosmos 1
    • chaos [the ~] zelfstandig naamwoord
  9. the chaos
    – a state of extreme confusion and disorder 1
    the chaos; the pandemonium; the bedlam; the topsy-turvydom; the topsy-turvyness
    – a state of extreme confusion and disorder 1

Alternatieve synoniemen voor "chaos":


Verwante definities voor "chaos":

  1. (physics) a dynamical system that is extremely sensitive to its initial conditions1
  2. the formless and disordered state of matter before the creation of the cosmos1
  3. a state of extreme confusion and disorder1