Overzicht


Engels

Uitgebreide synoniemen voor concise in het Engels

concise:

concise bijvoeglijk naamwoord

  1. concise
    minimal; concise; succinct
  2. concise
    brief; briefly worded; concise; summarized; terse; condensed; succinct
  3. concise
    concise; terse; pithy; succinct
  4. concise
    concise; succinct; terse
  5. concise
    – expressing much in few words 1
    concise
    – expressing much in few words 1
    • concise bijvoeglijk naamwoord
      • a concise explanation1

Verwante woorden van "concise":

  • conciseness, conciser, concisest, concisely, concision

Alternatieve synoniemen voor "concise":


Antoniemen van "concise":


Verwante definities voor "concise":

  1. expressing much in few words1
    • a concise explanation1

Verwante synoniemen voor concise