Engels

Uitgebreide synoniemen voor coon in het Engels

coon:

coon [the ~] zelfstandig naamwoord !

  1. the coon
    the racoon; the raccoon; the washbear; the coon
    • racoon [the ~] zelfstandig naamwoord
    • raccoon [the ~] zelfstandig naamwoord
    • washbear [the ~] zelfstandig naamwoord
    • coon [the ~] zelfstandig naamwoord !
  2. the coon
    – North American raccoon 1
    the coon; the common racoon; the Procyon lotor; the ringtail; the common raccoon
    – North American raccoon 1
  3. the coon
    – an eccentric or undignified rustic 1
    the coon
    – an eccentric or undignified rustic 1
    • coon [the ~] zelfstandig naamwoord
      • I'll be a gone coon when the battle starts1
  4. the coon
    – (ethnic slur) extremely offensive name for a Black person 1
    the spade; the nigger; the coon; the nigra; the jigaboo; the nigga
    – (ethnic slur) extremely offensive name for a Black person 1
    • spade [the ~] zelfstandig naamwoord
    • nigger [the ~] zelfstandig naamwoord
    • coon [the ~] zelfstandig naamwoord
    • nigra [the ~] zelfstandig naamwoord
    • jigaboo [the ~] zelfstandig naamwoord
    • nigga [the ~] zelfstandig naamwoord
      • only a Black can call another Black a nigga1

Verwante woorden van "coon":

  • coons

Alternatieve synoniemen voor "coon":


Verwante definities voor "coon":

  1. North American raccoon1
  2. an eccentric or undignified rustic1
    • I'll be a gone coon when the battle starts1
  3. (ethnic slur) extremely offensive name for a Black person1

Verwante synoniemen voor coon