Engels

Uitgebreide synoniemen voor cunning in het Engels

cunning:

cunning bijvoeglijk naamwoord

  1. cunning
    vicious; mean; nasty; shrewd; cunning; sly; underhand; vile; slippery; false; sharp; low
    • vicious bijvoeglijk naamwoord
    • mean bijvoeglijk naamwoord
    • nasty bijvoeglijk naamwoord
    • shrewd bijvoeglijk naamwoord
    • cunning bijvoeglijk naamwoord
    • sly bijvoeglijk naamwoord
    • underhand bijvoeglijk naamwoord
    • vile bijvoeglijk naamwoord
    • slippery bijvoeglijk naamwoord
    • false bijvoeglijk naamwoord
    • sharp bijvoeglijk naamwoord
    • low bijvoeglijk naamwoord
  2. cunning
    obscene; cunning; smooth; sleek; slithery; bald; smoothly; icy; slippery; immoral; lack of moral
  3. cunning
    roguish; sly; cunning; slick
    • roguish bijvoeglijk naamwoord
    • sly bijvoeglijk naamwoord
    • cunning bijvoeglijk naamwoord
    • slick bijvoeglijk naamwoord
  4. cunning
    shrewd; calculating; cunning; sly; dodgy
  5. cunning
    shrewd; cunning; sly
    • shrewd bijvoeglijk naamwoord
    • cunning bijvoeglijk naamwoord
    • sly bijvoeglijk naamwoord
  6. cunning
    – showing inventiveness and skill 1
    cunning; clever; ingenious
    – showing inventiveness and skill 1
    • cunning bijvoeglijk naamwoord
      • the cunning maneuvers leading to his success1
    • clever bijvoeglijk naamwoord
      • a clever gadget1
    • ingenious bijvoeglijk naamwoord
      • an ingenious solution to the problem1
  7. cunning
    – attractive especially by means of smallness or prettiness or quaintness 1
    cute; cunning
    – attractive especially by means of smallness or prettiness or quaintness 1
    • cute bijvoeglijk naamwoord
      • a cute kid with pigtails1
      • a cute little apartment1
    • cunning bijvoeglijk naamwoord
      • cunning kittens1
      • a cunning baby1

cunning [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the cunning
    the cunning; the slyness; the shrewdness
  2. the cunning
    the cunning; the sharpness; the keenness
  3. the cunning
    the cunning; the slyness; the shrewdness; the craftiness
  4. the cunning
    the subtlety; the cunning; the down to the minutest details; the nicety; the slyness
  5. the cunning
    the cunning; the nicety; the slyness; the down to the minutest details
  6. the cunning
    the slyness; the guile; the cunning; the wiliness; the craftiness
    • slyness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • guile [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cunning [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wiliness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • craftiness [the ~] zelfstandig naamwoord
  7. the cunning
    – crafty artfulness (especially in deception) 1
    the cunning
    – crafty artfulness (especially in deception) 1
    • cunning [the ~] zelfstandig naamwoord
  8. the cunning
    – shrewdness as demonstrated by being skilled in deception 1
    the craft; the cunning; the guile; the wiliness; the craftiness; the slyness; the foxiness
    – shrewdness as demonstrated by being skilled in deception 1
    • craft [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cunning [the ~] zelfstandig naamwoord
    • guile [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wiliness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • craftiness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • slyness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • foxiness [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "cunning":

  • cunninger, cunningest, cunningly

Alternatieve synoniemen voor "cunning":


Verwante definities voor "cunning":

  1. showing inventiveness and skill1
    • the cunning maneuvers leading to his success1
  2. attractive especially by means of smallness or prettiness or quaintness1
    • cunning kittens1
    • a cunning baby1
  3. crafty artfulness (especially in deception)1
  4. shrewdness as demonstrated by being skilled in deception1

Verwante synoniemen voor cunning