Engels

Uitgebreide synoniemen voor fastenings in het Engels

fastenings:

fastenings [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the fastenings
    the safety-locks; the locks; the strongholds; the fastenings; the fortification; the fasteners

Verwante woorden van "fastenings":


fastening:

fastening [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the fastening
    the attachment; the fixing; the fastening; the securing
  2. the fastening
    the fixing; the fastening; the tieing up
  3. the fastening
    the fastening; the that wich fastens things
  4. the fastening
    the attachment; the accretion; the fastening
  5. the fastening
    the fixing; the securing; the fastening
    • fixing [the ~] zelfstandig naamwoord
    • securing [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fastening [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. the fastening
    the attaching; the fastening; the affixing
  7. the fastening
    – the act of fastening things together 1
    the attachment; the fastening
    – the act of fastening things together 1
  8. the fastening
    – restraint that attaches to something or holds something in place 1
    the fixing; the fastening; the fastener; the holdfast
    – restraint that attaches to something or holds something in place 1
    • fixing [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fastening [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fastener [the ~] zelfstandig naamwoord
    • holdfast [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "fastening":


Alternatieve synoniemen voor "fastening":


Verwante definities voor "fastening":

  1. the act of fastening things together1
  2. restraint that attaches to something or holds something in place1

Verwante synoniemen voor fastenings