Engels

Uitgebreide synoniemen voor outflow in het Engels

outflow:

outflow [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the outflow
    the exhaust pipe; the outlet; the exhaust; the outflow; the release
    • exhaust pipe [the ~] zelfstandig naamwoord
    • outlet [the ~] zelfstandig naamwoord
    • exhaust [the ~] zelfstandig naamwoord
    • outflow [the ~] zelfstandig naamwoord
    • release [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the outflow
    – the discharge of a fluid from some container 1
    the escape; the leak; the leakage; the outflow
    – the discharge of a fluid from some container 1
    • escape [the ~] zelfstandig naamwoord
      • they tried to stop the escape of gas from the damaged pipe1
    • leak [the ~] zelfstandig naamwoord
      • he had to clean up the leak1
    • leakage [the ~] zelfstandig naamwoord
    • outflow [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. the outflow
    – a natural flow of ground water 1
    the spring; the fountain; the outflow; the outpouring; the natural spring
    – a natural flow of ground water 1
  4. the outflow
    – the process of flowing out 1
    the outflow; the effluence; the efflux
    – the process of flowing out 1
    • outflow [the ~] zelfstandig naamwoord
    • effluence [the ~] zelfstandig naamwoord
    • efflux [the ~] zelfstandig naamwoord

outflow

  1. outflow

Verwante woorden van "outflow":

  • outflows

Alternatieve synoniemen voor "outflow":


Antoniemen van "outflow":


Verwante definities voor "outflow":

  1. the discharge of a fluid from some container1
  2. a natural flow of ground water1
  3. the process of flowing out1