Engels

Uitgebreide synoniemen voor stickers in het Engels

stickers:

stickers [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the stickers
    the stickers; the transfers
  2. the stickers
    the labels; the stickers
    • labels [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stickers [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. the stickers
    the stickers; the pasters
    • stickers [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pasters [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "stickers":


stickers vorm van sticker:

sticker [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the sticker
    the adhesive label; the sticker; the tag; the paster; the ticket
    • adhesive label [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sticker [the ~] zelfstandig naamwoord
    • tag [the ~] zelfstandig naamwoord
    • paster [the ~] zelfstandig naamwoord
    • ticket [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the sticker
    the sticker; the bumper sticker
  3. the sticker
    – a short knife with a pointed blade used for piercing or stabbing 1
    the dagger; the sticker
    – a short knife with a pointed blade used for piercing or stabbing 1
    • dagger [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sticker [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. the sticker
    – a particularly difficult or baffling question or problem 1
    the sticker; the poser; the toughie; the stumper
    – a particularly difficult or baffling question or problem 1
    • sticker [the ~] zelfstandig naamwoord
    • poser [the ~] zelfstandig naamwoord
    • toughie [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stumper [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. the sticker
    – an adhesive label 1
    the sticker; the paster; the gummed label
    – an adhesive label 1
  6. the sticker
    – a small sharp-pointed tip resembling a spike on a stem or leaf 1
    the spine; the thorn; the sticker; the prickle; the pricker; the spikelet
    – a small sharp-pointed tip resembling a spike on a stem or leaf 1
    • spine [the ~] zelfstandig naamwoord
    • thorn [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sticker [the ~] zelfstandig naamwoord
    • prickle [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pricker [the ~] zelfstandig naamwoord
    • spikelet [the ~] zelfstandig naamwoord

sticker

  1. sticker

Verwante woorden van "sticker":


Alternatieve synoniemen voor "sticker":


Verwante definities voor "sticker":

  1. a short knife with a pointed blade used for piercing or stabbing1
  2. a particularly difficult or baffling question or problem1
  3. an adhesive label1
  4. a small sharp-pointed tip resembling a spike on a stem or leaf1