Engels
Uitgebreide synoniemen voor succinctness in het Engels
succinctness:
-
the succinctness
-
the succinctness
– terseness and economy in writing and speaking achieved by expressing a great deal in just a few words 1the conciseness; the succinctness; the pithiness; the concision– terseness and economy in writing and speaking achieved by expressing a great deal in just a few words 1
Verwante woorden van "succinctness":
Alternatieve synoniemen voor "succinctness":
Verwante definities voor "succinctness":
succinct:
-
succinct
-
succinct
brief; briefly worded; concise; summarized; terse; condensed; succinct-
brief bijvoeglijk naamwoord
-
briefly worded bijvoeglijk naamwoord
-
concise bijvoeglijk naamwoord
-
summarized bijvoeglijk naamwoord
-
terse bijvoeglijk naamwoord
-
condensed bijvoeglijk naamwoord
-
succinct bijvoeglijk naamwoord
-
-
succinct
succinct; very small; scant; minor; terse; very little-
succinct bijvoeglijk naamwoord
-
very small bijvoeglijk naamwoord
-
scant bijvoeglijk naamwoord
-
minor bijvoeglijk naamwoord
-
terse bijvoeglijk naamwoord
-
very little bijvoeglijk naamwoord
-
-
succinct
-
succinct
-
succinct
brief and to the point; succinct; to the point; short and sweet-
brief and to the point bijvoeglijk naamwoord
-
succinct bijvoeglijk naamwoord
-
to the point bijvoeglijk naamwoord
-
short and sweet bijvoeglijk naamwoord
-
-
succinct
– briefly giving the gist of something 1summary; succinct; compact; compendious– briefly giving the gist of something 1-
summary bijvoeglijk naamwoord
-
succinct bijvoeglijk naamwoord
-
compact bijvoeglijk naamwoord
-
compendious bijvoeglijk naamwoord
-