Engels

Uitgebreide synoniemen voor swiftly in het Engels

swiftly:

swiftly bijwoord

  1. swiftly
    suddenly; unexpectedly; abruptly; all of a sudden; sudden; swiftly; quick
  2. swiftly
    – in a swift manner 1
    swiftly; fleetly
    – in a swift manner 1

Verwante woorden van "swiftly":


Alternatieve synoniemen voor "swiftly":


Verwante definities voor "swiftly":

  1. in a swift manner1
    • she moved swiftly1

swift:

swift bijvoeglijk naamwoord

  1. swift
    quick; fast; rapid; swift; agile; dexterous; speedy; brisk; nimble; adroit; skilful; fledged; neat; clever; handy; expert; skillful
    • quick bijvoeglijk naamwoord
    • fast bijvoeglijk naamwoord
    • rapid bijvoeglijk naamwoord
    • swift bijvoeglijk naamwoord
    • agile bijvoeglijk naamwoord
    • dexterous bijvoeglijk naamwoord
    • speedy bijvoeglijk naamwoord
    • brisk bijvoeglijk naamwoord
    • nimble bijvoeglijk naamwoord
    • adroit bijvoeglijk naamwoord
    • skilful bijvoeglijk naamwoord, Brits
    • fledged bijvoeglijk naamwoord
    • neat bijvoeglijk naamwoord
    • clever bijvoeglijk naamwoord
    • handy bijvoeglijk naamwoord
    • expert bijvoeglijk naamwoord
    • skillful bijvoeglijk naamwoord, Amerikaans
  2. swift
    prompt; without delay; soon; quick; swift; rapid; speedy
  3. swift
    suddenly; unexpectedly; all of a sudden; at once; abrupt; sudden; all at once; brusque; out of the blue; quick; blunt; swift; rapid; speedy; fast
  4. swift
    – moving very fast 1
    swift; fleet
    – moving very fast 1
    • swift bijvoeglijk naamwoord
      • a swift current1
      • swift flight of an arrow1
      • a swift runner1
    • fleet bijvoeglijk naamwoord
      • fleet of foot1
      • the fleet scurrying of squirrels1

swift [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the swift
    the swift
    • swift [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the swift
    – common western lizard; seen on logs or rocks 1
    the swift; the blue-belly; the western fence lizard; the Sceloporus occidentalis
    – common western lizard; seen on logs or rocks 1
  3. the swift
    – a small bird that resembles a swallow and is noted for its rapid flight 1
    the swift
    – a small bird that resembles a swallow and is noted for its rapid flight 1
    • swift [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "swift":

  • swiftness, swifts, swifter, swiftest, swiftly

Alternatieve synoniemen voor "swift":


Verwante definities voor "swift":

  1. moving very fast1
    • a swift current1
    • swift flight of an arrow1
    • a swift runner1
  2. common western lizard; seen on logs or rocks1
  3. a small bird that resembles a swallow and is noted for its rapid flight1