Engels

Uitgebreide synoniemen voor teen in het Engels

teen:

teen [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the teen
    the teenager
    – a juvenile between the onset of puberty and maturity 1
    • teenager [the ~] zelfstandig naamwoord
    the teener; the teen; the teenybopper
    • teener [the ~] zelfstandig naamwoord
    • teen [the ~] zelfstandig naamwoord
    • teenybopper [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the teen
    – a juvenile between the onset of puberty and maturity 1
    the adolescent; the teen; the teenager; the stripling
    – a juvenile between the onset of puberty and maturity 1
    • adolescent [the ~] zelfstandig naamwoord
    • teen [the ~] zelfstandig naamwoord
    • teenager [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stripling [the ~] zelfstandig naamwoord

teen bijvoeglijk naamwoord

  1. teen
    – being of the age 13 through 19 1
    adolescent; teen; teenaged; teenage
    – being of the age 13 through 19 1
    • adolescent bijvoeglijk naamwoord
    • teen bijvoeglijk naamwoord
      • the teen years1
    • teenaged bijvoeglijk naamwoord
    • teenage bijvoeglijk naamwoord
      • teenage mothers1

Verwante woorden van "teen":


Alternatieve synoniemen voor "teen":


Verwante definities voor "teen":

  1. being of the age 13 through 191
    • the teen years1
  2. a juvenile between the onset of puberty and maturity1

Verwante synoniemen voor teen