Engels

Uitgebreide synoniemen voor transitory in het Engels

transitory:

transitory bijvoeglijk naamwoord

  1. transitory
    evanescent; transient; perishing; volatile; transitory; temporary; fleeting; passing; momentary; perfunctory; superficial; of short duration; brief; close; casual; current; empty; null; short; informal; cursory
  2. transitory
    – lasting a very short time 1
    transient; transitory; passing; ephemeral; short-lived; fugacious
    – lasting a very short time 1
    • transient bijvoeglijk naamwoord
      • youth's transient beauty1
    • transitory bijvoeglijk naamwoord
      • love is transitory but it is eternal1
    • passing bijvoeglijk naamwoord
      • a passing fancy1
    • ephemeral bijvoeglijk naamwoord
      • the ephemeral joys of childhood1
    • short-lived bijvoeglijk naamwoord
    • fugacious bijvoeglijk naamwoord
      • fugacious blossoms1

Alternatieve synoniemen voor "transitory":


Verwante definities voor "transitory":

  1. lasting a very short time1
    • love is transitory but it is eternal1