Home ->Woordenboeken ->Engels/Engels ->Vertaal weekday

Synoniemen voor "weekday" in het Engels

Overzicht

Engels Synoniemen: Meer gegevens...

weekday:
- workday; working day; weekday
- weekday; workday; everyday life

Engels

Uitgebreide synoniemen voor weekday in het Engels

weekday:

weekday [the ~] zelfstandig naamwoord

the weekday
the workday; the working day; the weekday
- workday [the ~] zelfstandig naamwoord
- working day [the ~] zelfstandig naamwoord
- weekday [the ~] zelfstandig naamwoord
the weekday

– any day except Sunday (and sometimes except Saturday) ¹
the weekday
– any day except Sunday (and sometimes except Saturday) ¹
- weekday [the ~] zelfstandig naamwoord
the weekday

– One of the seven days of a week, the first day being a Sunday for U.S. English. ²
the weekday
– One of the seven days of a week, the first day being a Sunday for U.S. English. ²
- weekday [the ~] zelfstandig naamwoord

weekday

weekday
weekday; workday
- weekday
- workday
weekday
weekday
- weekday
weekday
everyday life; workday; weekday

Verwante woorden van "weekday":

weekdays

Alternatieve synoniemen voor "weekday":

Verwante definities voor "weekday":

any day except Sunday (and sometimes except Saturday)¹
One of the seven days of a week, the first day being a Sunday for U.S. English.²