Engels
Uitgebreide vertaling voor chaos (Engels) in het Nederlands
chaos:
-
the chaos (disorder; confusion; welter; muddle; mix-up; mess; trouble; tangle; maze)
de wanorde; de chaos; de puinhoop; de heksenketel; de wanordelijkheid; het zootje; regelloosheid; de keet -
the chaos (mess; debris)
-
the chaos (crisscross; tangle; muddle)
-
the chaos (disorder; disarray; confusion; absence of order)
-
the chaos (caboodle)
de beestenboel -
the chaos (caboodle; muddle; mess; mayhem; hash)
het soepzootje
Vertaal Matrix voor chaos:
Synoniemen voor "chaos":
Verwante definities voor "chaos":
Computer vertaling door derden: