Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. cousin:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor cousin:
    • nichtje


Engels

Uitgebreide vertaling voor cousin (Engels) in het Nederlands

cousin:

cousin [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the cousin
    de neef; de kozijn
    • neef [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kozijn [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the cousin (grand-niece; niece)
    de achternicht; de nicht
    • achternicht [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • nicht [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cousin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achternicht cousin; grand-niece; niece
kozijn cousin doorcase; doorframe; window frame; window-still
neef cousin nephew
nicht cousin; grand-niece; niece faggot; fagot; gay; niece; queer; sissy
- cousin-german; first cousin; full cousin

Verwante woorden van "cousin":


Synoniemen voor "cousin":


Verwante definities voor "cousin":

  1. the child of your aunt or uncle1

Wiktionary: cousin

cousin
noun
  1. nephew or niece of a parent
cousin
noun
  1. zoon van oom of tante
  2. een zoon van iemands oom of tante
  3. een dochter van iemands oom of tante

Cross Translation:
FromToVia
cousin neef; kozijn cousinfils ou fille de l’oncle ou de la tante d’une personne ; cousin germain.