Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. diffusion:
  2. diffuse:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor diffusion (Engels) in het Nederlands

diffusion:

diffusion [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the diffusion
    – The property of a cryptographic algorithm that ensures that a change in a few input bits leads to potential changes in many of the output bits. 1
    de diffusie
    • diffusie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor diffusion:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
diffusie diffusion
- dispersal; dispersion; dissemination

Verwante woorden van "diffusion":


Synoniemen voor "diffusion":


Verwante definities voor "diffusion":

  1. the act of dispersing or diffusing something2
    • the diffusion of knowledge2
  2. the property of being diffused or dispersed2
  3. the spread of social institutions (and myths and skills) from one society to another2
  4. (physics) the process in which there is movement of a substance from an area of high concentration of that substance to an area of lower concentration2
  5. The property of a cryptographic algorithm that ensures that a change in a few input bits leads to potential changes in many of the output bits.1

Wiktionary: diffusion

diffusion
noun
  1. de vermenging van twee ongelijksoortige stoffen

diffusion vorm van diffuse:

diffuse bijvoeglijk naamwoord

  1. diffuse
    diffuus; vaag waarneembaar
  2. diffuse (bewildered; confused; flustered; )
    verward; ondersteboven; onthutst; in de war; geestelijk verward

Vertaal Matrix voor diffuse:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- fan out; imbue; interpenetrate; penetrate; permeate; pervade; riddle; spread; spread out
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
diffuus diffuse
onthutst bewildered; chaotic; confused; diffuse; disconcerted; disordered; flustered baffled; bewildered; dazed; dismayed; distracted; dumbfounded; flabbergasted; overwhelmed; perplexed; shocked; speechless; staggered; stunned; tongue-tied; upset
verward bewildered; chaotic; confused; diffuse; disconcerted; disordered; flustered confused; disordered; fuzzy; mentally confused; vague
- diffused; soft
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geestelijk verward bewildered; chaotic; confused; diffuse; disconcerted; disordered; flustered confused; disordered; mentally confused
in de war bewildered; chaotic; confused; diffuse; disconcerted; disordered; flustered confused; disordered; higgledy-piggledy; in disorder; jumbled; mentally confused; mistaken; wrong
ondersteboven bewildered; chaotic; confused; diffuse; disconcerted; disordered; flustered confused; disordered; mentally confused; opposite; turned round; upside down; vice versa
vaag waarneembaar diffuse

Verwante woorden van "diffuse":

  • diffuseness, diffusive, diffusely, diffusion

Synoniemen voor "diffuse":


Antoniemen van "diffuse":


Verwante definities voor "diffuse":

  1. spread out; not concentrated in one place2
    • a large diffuse organization2
  2. lacking conciseness2
    • a diffuse historical novel2
  3. (of light) transmitted from a broad light source or reflected2
  4. spread or diffuse through2
  5. move outward2

Wiktionary: diffuse

diffuse
adjective
  1. (medisch, nld) zonder scherpe begrenzing