Effort in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

effort:
- doel; inzet; streven; doeleinde; inspanning; poging; krachtsinspanning; fysieke inspanning; zware inspanning
Wiktionary:
- effort → inspanning, moeite
- effort → inspanning, moeite, poging, worsteling, demarche, stap, diplomatieke stap

Engels

Uitgebreide vertaling voor effort (Engels) in het Nederlands

the effort (objective; goal; intention; dedication; target; devotion; exertion; scheme)
het doel; de inzet; het streven; het doeleinde
- doel [het ~] zelfstandig naamwoord
- inzet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- streven [het ~] zelfstandig naamwoord
- doeleinde [het ~] zelfstandig naamwoord
the effort (attempt; efforts; exertion; try; exertions; strain)
de inspanning; de poging
- inspanning [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- poging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the effort (physical effort; strain; exertions; exertion; efforts)
de krachtsinspanning; fysieke inspanning
- krachtsinspanning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- fysieke inspanning [znw.] zelfstandig naamwoord
the effort
zware inspanning
- zware inspanning [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
doel	dedication; devotion; effort; exertion; goal; intention; objective; scheme; target	aim; aiming at; aiming for; destination; drift; final destination; intention; meaning; object; objective; purpose; strive for; target; target value; terminus; ultimate goal; use
doeleinde	dedication; devotion; effort; exertion; goal; intention; objective; scheme; target
fysieke inspanning	effort; efforts; exertion; exertions; physical effort; strain
inspanning	attempt; effort; efforts; exertion; exertions; strain; try	job; pains; strain; work
inzet	dedication; devotion; effort; exertion; goal; intention; objective; scheme; target	ambition; ante; application; assiduousness; beginning; cash for playing; commencement; dedication; devotion; diligence; inset; opening; outset; passion; pool; stakes; start; usage; use; wee-wee
krachtsinspanning	effort; efforts; exertion; exertions; physical effort; strain
poging	attempt; effort; efforts; exertion; exertions; strain; try
streven	dedication; devotion; effort; exertion; goal; intention; objective; scheme; target	aiming at; aiming for; ambition; diligence; strive for
zware inspanning	effort
-	attempt; campaign; cause; crusade; drive; elbow grease; endeavor; endeavour; exertion; exploit; feat; movement; sweat; travail; try
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
streven		aim at; aspire; aspire to; devote oneself to; seek; strive after; strive for; work for; work towards

a notable achievement¹
- the book was her finest effort¹
use of physical or mental energy; hard work¹
- he got an A for effort¹
earnest and conscientious activity intended to do or accomplish something¹
- made an effort to cover all the reading material¹
a series of actions advancing a principle or tending toward a particular end¹
- contributed to the war effort¹

effort

noun

effort

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• effort	→ inspanning	↔ Aufwand — die benötigen Energie oder Arbeit, um eine Handlung durchführen oder etwas herstellen
• effort	→ moeite; inspanning; poging	↔ Bemühung — zumeist im Plural: Mühen und Anstrengungen, die auf sich genommen werden, um ein bestimmtes Ziel zu erreichen
• effort	→ inspanning; moeite; poging; worsteling	↔ effort — action de s’efforcer.
• effort	→ poging; moeite; demarche; stap; diplomatieke stap	↔ requête — Demande écrite ou verbale (sens générale)