Engels

Uitgebreide vertaling voor vaulting (Engels) in het Nederlands

vaulting:

vaulting [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the vaulting (arch; curvature; curve; camber)
    de welving; de boog; de uitbouw
    • welving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • boog [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • uitbouw [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor vaulting:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boog arch; camber; curvature; curve; vaulting bow; cross-bow; crossbow; longbow
uitbouw arch; camber; curvature; curve; vaulting addition; annex; enlargement; expansion; extension
welving arch; camber; curvature; curve; vaulting
- curvet
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- overreaching
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- arching

Verwante woorden van "vaulting":


Synoniemen voor "vaulting":


Verwante definities voor "vaulting":

  1. revealing excessive self-confidence; reaching for the heights1
    • vaulting ambition1
  2. a light leap by a horse in which both hind legs leave the ground before the forelegs come down1
  3. (architecture) a vaulted structure1
    • arches and vaulting1

vault:

vault [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the vault (safe; cellar)
    de kluis; de brandkast
    • kluis [de ~] zelfstandig naamwoord
    • brandkast [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the vault (cellar; basement)
    de kelder; het gewelf
    • kelder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • gewelf [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. the vault (ceiling; cupola; archway)
    het plafond; het gewelf; de koepel
    • plafond [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gewelf [het ~] zelfstandig naamwoord
    • koepel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. the vault (arched vault; arch)
    het booggewelf; het gewelf
  5. the vault (burial pit; grave; crypt; )
    het graf; grafplaats; de grafkuil
    • graf [het ~] zelfstandig naamwoord
    • grafplaats [znw.] zelfstandig naamwoord
    • grafkuil [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  6. the vault (tomb; crypt)
    de graftombe; de grafkelder; onderaards graf; de grafkamer
  7. the vault (subterranean corridor; crypt; tomb)
    de crypte; onderaardse gang
  8. the vault (crypt; tomb)
    de crypt
    • crypt [de ~] zelfstandig naamwoord
  9. the vault
    – A set of credentials that users can create, store and manage in Credential Manager. 2
    de kluis
    • kluis [de ~] zelfstandig naamwoord

to vault werkwoord (vaults, vaulted, vaulting)

  1. to vault
    bokspringen
    • bokspringen werkwoord (spring bok, springt bok, sprong bok, sprongen bok, bokgesprongen)

Conjugations for vault:

present
  1. vault
  2. vault
  3. vaults
  4. vault
  5. vault
  6. vault
simple past
  1. vaulted
  2. vaulted
  3. vaulted
  4. vaulted
  5. vaulted
  6. vaulted
present perfect
  1. have vaulted
  2. have vaulted
  3. has vaulted
  4. have vaulted
  5. have vaulted
  6. have vaulted
past continuous
  1. was vaulting
  2. were vaulting
  3. was vaulting
  4. were vaulting
  5. were vaulting
  6. were vaulting
future
  1. shall vault
  2. will vault
  3. will vault
  4. shall vault
  5. will vault
  6. will vault
continuous present
  1. am vaulting
  2. are vaulting
  3. is vaulting
  4. are vaulting
  5. are vaulting
  6. are vaulting
subjunctive
  1. be vaulted
  2. be vaulted
  3. be vaulted
  4. be vaulted
  5. be vaulted
  6. be vaulted
diverse
  1. vault!
  2. let's vault!
  3. vaulted
  4. vaulting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor vault:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
booggewelf arch; arched vault; vault
brandkast cellar; safe; vault
crypt crypt; tomb; vault
crypte crypt; subterranean corridor; tomb; vault burial pit; burial place; grave; resting-place; tomb
gewelf arch; arched vault; archway; basement; ceiling; cellar; cupola; vault
graf burial pit; burial place; crypt; grave; resting-place; tomb; vault burial pit; burial place; grave; resting-place; tomb
grafkamer crypt; tomb; vault
grafkelder crypt; tomb; vault crypt; funeral vault; sepulchral vault; tomb
grafkuil burial pit; burial place; crypt; grave; resting-place; tomb; vault
grafplaats burial pit; burial place; crypt; grave; resting-place; tomb; vault burial pit; burial place; grave; resting-place; tomb
graftombe crypt; tomb; vault crypt; funeral vault; sepulchral vault; tomb
kelder basement; cellar; vault
kluis cellar; safe; vault safe; safe deposit box; strongbox
koepel archway; ceiling; cupola; vault armour-plated cupola; cover; cover up roof; covering; cupola; dome; roof; roofing over; top
onderaards graf crypt; tomb; vault
onderaardse gang crypt; subterranean corridor; tomb; vault
plafond archway; ceiling; cupola; vault ceiling
- bank vault; burial vault; hurdle
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bokspringen vault
- overleap

Verwante woorden van "vault":


Synoniemen voor "vault":


Verwante definities voor "vault":

  1. the act of jumping over an obstacle1
  2. an arched brick or stone ceiling or roof1
  3. a burial chamber (usually underground)1
  4. a strongroom or compartment (often made of steel) for safekeeping of valuables1
  5. bound vigorously1
  6. jump across or leap over (an obstacle)1
  7. A set of credentials that users can create, store and manage in Credential Manager.2

Wiktionary: vault

vault
noun
  1. an arched masonry structure
  2. a structure resembling a vault
  3. a secure, enclosed area
  4. a jump

Cross Translation:
FromToVia
vault bol; gewelf voute — (architecture) ouvrage de maçonnerie cintrer, en arc, dont les pièces se soutiennent les unes les autres, qui sert à couvrir un espace.
vault bol; gewelf voûte — (architecture) ouvrage de maçonnerie cintrer, en arc, dont les pièces se soutiennent les unes les autres, qui sert à couvrir un espace.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van vaulting