Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. arbor:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor arbor (Engels) in het Zweeds

arbor:

arbor [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans

  1. the arbor (arbour; garden house; bower; summerhouse)
    berså; lövvalv; lövsal

arbor Amerikaans

  1. arbor (arbour; mandrel)

Vertaal Matrix voor arbor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
berså arbor; arbour; bower; garden house; summerhouse
lövsal arbor; arbour; bower; garden house; summerhouse
lövvalv arbor; arbour; bower; garden house; summerhouse
- arbour; bower; mandrel; mandril; pergola; spindle
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
dorn arbor; arbour; mandrel

Synoniemen voor "arbor":


Verwante definities voor "arbor":

  1. a framework that supports climbing plants1
    • the arbor provided a shady resting place in the park1
  2. any of various rotating shafts that serve as axes for larger rotating parts1
  3. tree (as opposed to shrub)1

Wiktionary: arbor


Cross Translation:
FromToVia
arbor paviljong Laube — kleines offenes oder geschlossenes Gartenhaus zum vorübergehenden Aufenthalt von Personen oder zum Unterstellen von Geräten

Verwante vertalingen van arbor