Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bias:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor bias (Engels) in het Zweeds

bias:

bias [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the bias (prejudice; preconceived opinion)
    fördom; förutfattad mening
  2. the bias (prejudice; preconceived opinion)
    fördom; förkärlek
  3. the bias (prejudice)
    fördom; partiskhet

Vertaal Matrix voor bias:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fördom bias; preconceived opinion; prejudice
förkärlek bias; preconceived opinion; prejudice predilection; preferences
förutfattad mening bias; preconceived opinion; prejudice
partiskhet bias; prejudice
- diagonal; preconception; prejudice
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- predetermine
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
fördomsfullhet bias; prejudice
vinkla angle; bias; slant; weight

Verwante woorden van "bias":


Synoniemen voor "bias":


Verwante definities voor "bias":

  1. slanting diagonally across the grain of a fabric1
    • a bias fold1
  2. a partiality that prevents objective consideration of an issue or situation1
  3. a line or cut across a fabric that is not at right angles to a side of the fabric1
  4. cause to be biased1
  5. influence in an unfair way1
    • you are biasing my choice by telling me yours1

Wiktionary: bias

bias
noun
  1. inclination towards something; predisposition, partiality

Cross Translation:
FromToVia
bias fördom préjugé — juri|fr (vieilli) Ce qui juger auparavant dans un cas semblable ou analogue.

Computer vertaling door derden: