Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. dazzled:
  2. dazzle:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor dazzled (Engels) in het Zweeds

dazzled:

dazzled bijvoeglijk naamwoord

  1. dazzled
    förblindad; förblindat

dazzled

  1. dazzled

Vertaal Matrix voor dazzled:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förblindad infatuation; love blind; puppy love
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
bländad dazzled
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förblindad dazzled
förblindat dazzled

Verwante woorden van "dazzled":


Synoniemen voor "dazzled":


Verwante definities voor "dazzled":

  1. stupefied or dizzied by something overpowering1
    • I fall back dazzled at beholding myself all rosy red, / At having, I myself, caused the sun to rise.1
  2. having vision overcome temporarily by or as if by intense light1
    • she shut her dazzled eyes against the sun's brilliance1

dazzled vorm van dazzle:

dazzle

  1. dazzle (blaze)

Vertaal Matrix voor dazzle:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- bedazzle; daze
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
pråla blaze; dazzle

Verwante woorden van "dazzle":


Synoniemen voor "dazzle":


Verwante definities voor "dazzle":

  1. brightness enough to blind partially and temporarily1
  2. amaze or bewilder, as with brilliant wit or intellect or skill1
    • Her arguments dazzled everyone1
    • The dancer dazzled the audience with his turns and jumps1
  3. to cause someone to lose clear vision, especially from intense light1
    • She was dazzled by the bright headlights1

Wiktionary: dazzle


Cross Translation:
FromToVia
dazzle blända; förblinda; förblända aveuglerrendre aveugle.
dazzle roffa; råna; röva ravirenlever de force, emporter avec violence.