Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. fabric:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor fabric (Engels) in het Zweeds

fabric:

fabric [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the fabric (textiles; fabrics; textile)
    tyger; textilier; textilvaror
  2. the fabric (cloth; textile)
    textilie; tyg; textilmaterial

fabric

  1. fabric (web)
  2. fabric (woven fabric)

Vertaal Matrix voor fabric:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
textilie cloth; fabric; textile
textilier fabric; fabrics; textile; textiles
textilmaterial cloth; fabric; textile
textilvaror fabric; fabrics; textile; textiles
tyg cloth; fabric; textile
tyger fabric; fabrics; textile; textiles
- cloth; framework; material; textile
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
väv fabric; web
vävnad fabric; woven fabric

Verwante woorden van "fabric":


Synoniemen voor "fabric":


Verwante definities voor "fabric":

  1. artifact made by weaving or felting or knitting or crocheting natural or synthetic fibers1
    • the fabric in the curtains was light and semitransparent1
  2. the underlying structure1
    • it is part of the fabric of society1

Wiktionary: fabric

fabric
noun
  1. material made of fibers
    • fabrictyg

Cross Translation:
FromToVia
fabric väv Gewebe — aus einem Garn hergestellter Stoff
fabric tyg Stoff — eine Textilie
fabric byggnadssätt; organisation structuremanière dont un édifice bâtir.
fabric väv textilematériau issu du filage puis du tissage de fibres ou de feutre, destiné entre autres à l’habillement ou à l'ameublement et la décoration.

Verwante vertalingen van fabric