Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. fashion:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor fashion (Engels) in het Zweeds

fashion:

fashion [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the fashion (trend)
    sätt; vis; mode
    • sätt [-ett] zelfstandig naamwoord
    • vis [-ett] zelfstandig naamwoord
    • mode [-ett] zelfstandig naamwoord

fashion

  1. fashion (form; shape)

Vertaal Matrix voor fashion:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mode fashion; trend
sätt fashion; trend course; manner; method; methodology; mode; way
vis fashion; trend
- manner; mode; style; way
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- forge
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
dana fashion; form; shape
vis wise

Verwante woorden van "fashion":


Synoniemen voor "fashion":


Verwante definities voor "fashion":

  1. characteristic or habitual practice1
  2. consumer goods (especially clothing) in the current mode1
  3. how something is done or how it happens1
    • in an abrasive fashion1
  4. the latest and most admired style in clothes and cosmetics and behavior1
  5. make out of components (often in an improvising manner)1
    • She fashioned a tent out of a sheet and a few sticks1

Wiktionary: fashion

fashion
noun
  1. style, or manner, in which to do something
  2. current (constantly changing) trend, favored for frivolous rather than practical, logical, or intellectual reasons
  3. popular trends

Cross Translation:
FromToVia
fashion vana coutume — À trier
fashion vana habitudedisposition acquérir par des actes réitérer.
fashion maner; sätt manièrefaçon dont une chose se produire.

Verwante vertalingen van fashion