Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. glutton:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor glutton (Engels) in het Zweeds

glutton:

glutton [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the glutton (gobbler; greedy-guts)
    matvrak; frossare
    • matvrak [-ett] zelfstandig naamwoord
    • frossare [-en] zelfstandig naamwoord
  2. the glutton (sweet tooth; someone with a sweet tooth)
  3. the glutton (guzzler)
    vräkande

Vertaal Matrix voor glutton:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
frossare glutton; gobbler; greedy-guts frolickers; merry-makers; revellers
matvrak glutton; gobbler; greedy-guts connoisseur; gastronome; gluttons; gobblers; gourmand; guzzlers; quaffers
någon som tycker om sötsaker glutton; someone with a sweet tooth; sweet tooth
vräkande glutton; guzzler
- Gulo gulo; gourmand; gourmandizer; trencherman; wolverine

Verwante woorden van "glutton":


Synoniemen voor "glutton":


Verwante definities voor "glutton":

  1. musteline mammal of northern Eurasia1
  2. a person who is devoted to eating and drinking to excess1

Wiktionary: glutton

glutton
noun
  1. one who eats voraciously

Cross Translation:
FromToVia
glutton matvrak Fresssackabwertend, beleidigend: Person, die übermäßig viel esse
glutton järv glouton — zoologie|fr mammifère carnivore (Gulo gulo) de l'Hémisphère Nord (Amérique du Nord, Scandinavie, Eurasie), ressemblant à un petit ours avec une queue velue.
glutton storätare; läckergom gourmandpersonne qui aimer la nourriture.