Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. governing:
  2. govern:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor governing (Engels) in het Zweeds

governing:

governing [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the governing (ruling)
    styrande; regerande

Vertaal Matrix voor governing:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
regerande governing; ruling ruler
styrande governing; ruling
- administration; governance; government; government activity
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
regerande reigning; ruling

Verwante woorden van "governing":


Synoniemen voor "governing":


Verwante definities voor "governing":

  1. responsible for making and enforcing rules and laws1
    • governing bodies1
  2. the act of governing; exercising authority1
    • regulations for the governing of state prisons1

govern:

govern

  1. govern (rule)

Vertaal Matrix voor govern:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- control; order; regularise; regularize; regulate; rule
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
regera govern; rule

Verwante woorden van "govern":


Synoniemen voor "govern":


Antoniemen van "govern":

  • deregulate

Verwante definities voor "govern":

  1. direct or strongly influence the behavior of1
    • His belief in God governs his conduct1
  2. bring into conformity with rules or principles or usage; impose regulations1
  3. exercise authority over; as of nations1
    • Who is governing the country now?1
  4. require to be in a certain grammatical case, voice, or mood1
    • most transitive verbs govern the accusative case in German1

Wiktionary: govern

govern
verb
  1. to exercise sovereign authority in

Cross Translation:
FromToVia
govern härska; regera gouvernerdiriger une embarcation à l’aide d’un gouvernail.
govern härska; regera régnerexercer le pouvoir souverain dans un état monarchique ; il se dit des princes souverains, même quand ils ne portent pas le titre de roi.

Verwante vertalingen van governing