Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. impatient:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor impatient (Engels) in het Zweeds

impatient:

impatient bijvoeglijk naamwoord

  1. impatient
    otåligt; otålig
  2. impatient (restless; fidgety)
    rastlös; otåligt; hoppig; hoppigt; fladdrigt; rastlöst

Vertaal Matrix voor impatient:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- raring
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fladdrigt fidgety; impatient; restless fidgety; restless
hoppig fidgety; impatient; restless
hoppigt fidgety; impatient; restless bumpy
otålig impatient
otåligt fidgety; impatient; restless
rastlös fidgety; impatient; restless fidgety; restless; unquiet
rastlöst fidgety; impatient; restless fidgety; restless; unquiet

Verwante woorden van "impatient":

  • impatiently

Synoniemen voor "impatient":


Antoniemen van "impatient":


Verwante definities voor "impatient":

  1. (usually followed by `to') full of eagerness1
    • impatient to begin1
  2. restless or short-tempered under delay or opposition1
    • impatient with the slower students1
    • impatient of criticism1

Wiktionary: impatient

impatient
adjective
  1. anxious and eager
  2. restless and intolerant of delays

Cross Translation:
FromToVia
impatient otålig ungeduldig — keine Geduld habend
impatient otålig impatient — Qui manquer de patience, soit dans la souffrance de quelque mal, soit dans l’attente de quelque bien.