Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Vertaal trailers

Vertaal trailers van Engels naar Zweeds

Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. trailers:
  2. trailer:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor trailers (Engels) in het Zweeds

trailers:

trailers [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the trailers (second carriages)
    släpvagnar
  2. the trailers (second carriages)
    släpvagnar; andravagnar
  3. the trailers (caravans)
    husvagn; karavan
    • husvagn [-en] zelfstandig naamwoord
    • karavan [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor trailers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
andravagnar second carriages; trailers
husvagn caravans; trailers camper; caravan; mobile home
karavan caravans; trailers caravan; train
släpvagnar second carriages; trailers small trailers

Verwante woorden van "trailers":


trailer:

trailer [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the trailer
    släpvagn
  2. the trailer
    släpvagn; släp; trailer
    • släpvagn [-en] zelfstandig naamwoord
    • släp [-ett] zelfstandig naamwoord
    • trailer [-en] zelfstandig naamwoord
  3. the trailer (straggler; laggard; back marker)
    eftersläntrare; efterliggare

trailer

  1. trailer (bicycle trailer)
    släpkärra

Vertaal Matrix voor trailer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
efterliggare back marker; laggard; straggler; trailer
eftersläntrare back marker; laggard; straggler; trailer late comer
släp trailer four wheel trailer; second carriage; trailer wagon
släpvagn trailer four wheel trailer; second carriage; trailer wagon
trailer trailer
- dawdler; drone; house trailer; laggard; lagger; poke; preview; prevue; trailer clip; trailer video; trailing clip; trailing video
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
släpkärra bicycle trailer; trailer

Verwante woorden van "trailer":


Synoniemen voor "trailer":


Verwante definities voor "trailer":

  1. a wheeled vehicle that can be pulled by a car or truck and is equipped for occupancy1
  2. a large transport conveyance designed to be pulled by a truck or tractor1
  3. an advertisement consisting of short scenes from a motion picture that will appear in the near future1
  4. someone who takes more time than necessary; someone who lags behind1
  5. Information, typically occupying several bytes, at the tail end of a block (section) of transmitted data and often containing a checksum or other error-checking data useful for confirming the accuracy and status of the transmission.2
  6. A video that plays after the main video ends.2

Wiktionary: trailer

trailer
noun
  1. vehicle towed behind another, used for carrying equipment
Cross Translation:
FromToVia
• trailer → släpkärra ↔ Anhänger — Fahrzeug, das über keinen eigenen Antrieb verfügt und hinter Kraftfahrzeugen mitgeführt wird

Verwante vertalingen van trailers







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0272 seconde
Page rendered in 1.0 seconds