Spaanse synoniemen van acción, ander woord voor acción

Remove Ads

Overzicht

Spaans Synoniemen: Meer gegevens...

Spaans

Uitgebreide synoniemen voor acción in het Spaans

acción:

acción [la ~] zelfstandig naamwoord

la acción
la acción; el acto
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- acto [el ~] zelfstandig naamwoord
la acción
el funcionamiento; la acción; la elaboración; la actividad
- funcionamiento [el ~] zelfstandig naamwoord
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- elaboración [la ~] zelfstandig naamwoord
- actividad [la ~] zelfstandig naamwoord
la acción
la participación; la acción; la cuota; el contingente
- participación [la ~] zelfstandig naamwoord
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- cuota [la ~] zelfstandig naamwoord
- contingente [el ~] zelfstandig naamwoord
la acción
la acción; el alcázar; la campaña
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- alcázar [el ~] zelfstandig naamwoord
- campaña [la ~] zelfstandig naamwoord
la acción
el ejercicio; la marcha; el traslado; la acción; el pasadizo; la conducta; el rebosamiento
- ejercicio [el ~] zelfstandig naamwoord
- marcha [la ~] zelfstandig naamwoord
- traslado [el ~] zelfstandig naamwoord
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- pasadizo [el ~] zelfstandig naamwoord
- conducta [la ~] zelfstandig naamwoord
- rebosamiento [el ~] zelfstandig naamwoord
la acción
la influencia; el ascendiente; el dominio; el autoridad; la energía; la acción
- influencia [la ~] zelfstandig naamwoord
- ascendiente [el ~] zelfstandig naamwoord
- dominio [el ~] zelfstandig naamwoord
- autoridad [el ~] zelfstandig naamwoord
- energía [la ~] zelfstandig naamwoord
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
la acción
la velocidad; la urgencia; el tiempo; la marcha; el ritmo; la rapidez; la prontitud; la velocidad de marcha; la prisa; la acción; la celeridad; el rebosamiento
- velocidad [la ~] zelfstandig naamwoord
- urgencia [la ~] zelfstandig naamwoord
- tiempo [el ~] zelfstandig naamwoord
- marcha [la ~] zelfstandig naamwoord
- ritmo [el ~] zelfstandig naamwoord
- rapidez [la ~] zelfstandig naamwoord
- prontitud [la ~] zelfstandig naamwoord
- velocidad de marcha [la ~] zelfstandig naamwoord
- prisa [la ~] zelfstandig naamwoord
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- celeridad [la ~] zelfstandig naamwoord
- rebosamiento [el ~] zelfstandig naamwoord
la acción
la acción; el procedimiento
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- procedimiento [el ~] zelfstandig naamwoord
la acción
el gesto; la muestra; la seña; la señal; el proceder; la acción; el signo; el ademán
- gesto [el ~] zelfstandig naamwoord
- muestra [la ~] zelfstandig naamwoord
- seña [la ~] zelfstandig naamwoord
- señal [la ~] zelfstandig naamwoord
- proceder [el ~] zelfstandig naamwoord
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- signo [el ~] zelfstandig naamwoord
- ademán [el ~] zelfstandig naamwoord
la acción
la prestación; el cumplimiento; la realización; el hecho heroico; el trabajo; la acción; la actividad; el trabajo realizado
- prestación [la ~] zelfstandig naamwoord
- cumplimiento [el ~] zelfstandig naamwoord
- realización [la ~] zelfstandig naamwoord
- hecho heroico [el ~] zelfstandig naamwoord
- trabajo [el ~] zelfstandig naamwoord
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- actividad [la ~] zelfstandig naamwoord
- trabajo realizado [el ~] zelfstandig naamwoord
la acción
la acción; el efecto; la participación del socio
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord
- efecto [el ~] zelfstandig naamwoord
- participación del socio [la ~] zelfstandig naamwoord
la acción
la acción
- acción [la ~] zelfstandig naamwoord

Synoniemen voor "acción" in het Spaans

Uitgebreide synoniemen voor acción in het Spaans

acción:

acción [la ~] zelfstandig naamwoord

la acción

la acción

la acción

la acción

la acción

la acción

la acción

la acción

la acción

la acción

la acción

la acción

Verwante woorden van "acción":

Alternatieve synoniemen voor "acción":

Verwante synoniemen voor acción