Spaans

Uitgebreide synoniemen voor delatora in het Spaans

delatora:

delatora [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la delatora
    la espía; la fuelle; la denunciante; la chivata; la delatora; la soplóna; la acusóna
  2. la delatora
    la acusadora; la delatora

Verwante woorden van "delatora":


delatora vorm van delator:

delator [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el delator
    el chivato; el delator; el traidor; el soplón
    • chivato [el ~] zelfstandig naamwoord
    • delator [el ~] zelfstandig naamwoord
    • traidor [el ~] zelfstandig naamwoord
    • soplón [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. el delator
    el chivato; el delator; el soplón; el chismóso; el acusón
    • chivato [el ~] zelfstandig naamwoord
    • delator [el ~] zelfstandig naamwoord
    • soplón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • chismóso [el ~] zelfstandig naamwoord
    • acusón [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. el delator
    el informante; el soplón; el denunciante; el delator

Verwante woorden van "delator":


Alternatieve synoniemen voor "delator":