Spaans

Uitgebreide synoniemen voor jarra in het Spaans

jarra:

jarra [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la jarra
    la jarra; la copa; el vaso
    • jarra [la ~] zelfstandig naamwoord
    • copa [la ~] zelfstandig naamwoord
    • vaso [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. la jarra
    la copa; el tazón; la jarra; el vaso
    • copa [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tazón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • jarra [la ~] zelfstandig naamwoord
    • vaso [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. la jarra
    la jarra
    • jarra [la ~] zelfstandig naamwoord
  4. la jarra
    la jarra; la garza
    • jarra [la ~] zelfstandig naamwoord
    • garza [la ~] zelfstandig naamwoord
  5. la jarra
    la copa; el cáliz; el vaso; la jarra; el tazón; el cálices
    • copa [la ~] zelfstandig naamwoord
    • cáliz [el ~] zelfstandig naamwoord
    • vaso [el ~] zelfstandig naamwoord
    • jarra [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tazón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • cálices [el ~] zelfstandig naamwoord
  6. la jarra
    la jarra; el jarro; el aguamanil
    • jarra [la ~] zelfstandig naamwoord
    • jarro [el ~] zelfstandig naamwoord
    • aguamanil [el ~] zelfstandig naamwoord
  7. la jarra
    el guaterito; la jarra; el jarro; el cántaro; el botijo; el guatero; la botella de agua caliente; la bolsa de agua caliente
  8. la jarra
    la jarra; la jarrita
    • jarra [la ~] zelfstandig naamwoord
    • jarrita [la ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "jarra":