Spaans

Uitgebreide synoniemen voor moda in het Spaans

moda:

moda [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la moda
    la tendencia; la moda
    • tendencia [la ~] zelfstandig naamwoord
    • moda [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. la moda
    la moda; la manía; la obsesión
    • moda [la ~] zelfstandig naamwoord
    • manía [la ~] zelfstandig naamwoord
    • obsesión [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. la moda
    la moda del momento; la moda pasajera; la tendencia; la moda

Verwante woorden van "moda":


Alternatieve synoniemen voor "moda":


modo:

modo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el modo
    el comportamiento; la manera; la conducta; el modo
  2. el modo
    el método; la manera; la forma; el modo de obrar; el modo; el estilo
    • método [el ~] zelfstandig naamwoord
    • manera [la ~] zelfstandig naamwoord
    • forma [la ~] zelfstandig naamwoord
    • modo de obrar [el ~] zelfstandig naamwoord
    • modo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • estilo [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. el modo
    la melodía; el cantar; el modo; la tonada; la tonadilla; la musiquilla
    • melodía [la ~] zelfstandig naamwoord
    • cantar [el ~] zelfstandig naamwoord
    • modo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • tonada [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tonadilla [la ~] zelfstandig naamwoord
    • musiquilla [la ~] zelfstandig naamwoord
  4. el modo
    la manera; la forma; el modo; el procedimiento; el método; la manera de actuar; la línea de conducta
  5. el modo
    el modo
    • modo [el ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "modo":

  • modos, moda, modas

Alternatieve synoniemen voor "modo":


Verwante synoniemen voor moda