Home ->Woordenboeken ->Spaans/Spaans ->Vertaal pasador

Synoniemen voor "pasador" in het Spaans

Overzicht

Spaans Synoniemen: Meer gegevens...

pasador:
- pasador; chaveta; tuerca de seguridad; clavija; contratuerca; moneda; distinción; decoración; distintivo; insignia; medalla; condecoración; penique; condecoraciones; insignia de una orden; corte; cerrojo; pestillo; tapa corrediza; cierre; papirotazo

Spaans

Uitgebreide synoniemen voor pasador in het Spaans

pasador:

pasador [el ~] zelfstandig naamwoord

el pasador
el pasador; la chaveta; la tuerca de seguridad; la clavija; la contratuerca
- pasador [el ~] zelfstandig naamwoord
- chaveta [la ~] zelfstandig naamwoord
- tuerca de seguridad [la ~] zelfstandig naamwoord
- clavija [la ~] zelfstandig naamwoord
- contratuerca [la ~] zelfstandig naamwoord
el pasador
la moneda; la distinción; la decoración; el distintivo; la insignia; el pasador; la medalla; la condecoración; el penique; la condecoraciones; la insignia de una orden
- moneda [la ~] zelfstandig naamwoord
- distinción [la ~] zelfstandig naamwoord
- decoración [la ~] zelfstandig naamwoord
- distintivo [el ~] zelfstandig naamwoord
- insignia [la ~] zelfstandig naamwoord
- pasador [el ~] zelfstandig naamwoord
- medalla [la ~] zelfstandig naamwoord
- condecoración [la ~] zelfstandig naamwoord
- penique [el ~] zelfstandig naamwoord
- condecoraciones [la ~] zelfstandig naamwoord
- insignia de una orden [la ~] zelfstandig naamwoord
el pasador
el corte; el cerrojo; el pestillo; la tapa corrediza; el cierre; el pasador; el papirotazo
- corte [el ~] zelfstandig naamwoord
- cerrojo [el ~] zelfstandig naamwoord
- pestillo [el ~] zelfstandig naamwoord
- tapa corrediza [la ~] zelfstandig naamwoord
- cierre [el ~] zelfstandig naamwoord
- pasador [el ~] zelfstandig naamwoord
- papirotazo [el ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "pasador":

pasadores, pasadora, pasadoras

Alternatieve synoniemen voor "pasador":

aldabilla; pestillo; gancho
broche; hebilla; imperdible; corchete; alfiler; agujón; fíbula; prendedero; prendedor

Verwante synoniemen voor pasador