Home ->Woordenboeken ->Spaans/Spaans ->Vertaal profesora

Synoniemen voor "profesora" in het Spaans

Overzicht

Spaans Synoniemen: Meer gegevens...

profesora:
- profesora; educadora; instructora; maestra; profesor; docente; mentor; maestro; educador; pedagogo; instructor; profesor de la enseñanza básica; tía; guía; profesora particular; preceptora; pedagoga; preparadora
profesor:
- profesor; docente; profesora; mentor; maestro; educador; pedagogo; instructor; señor; caballero; hombre; dueño; rey; soberano

Spaans

Uitgebreide synoniemen voor profesora in het Spaans

profesora:

profesora [la ~] zelfstandig naamwoord

la profesora
la profesora
- profesora [la ~] zelfstandig naamwoord
la profesora
la profesora; la educadora; la instructora; la maestra
- profesora [la ~] zelfstandig naamwoord
- educadora [la ~] zelfstandig naamwoord
- instructora [la ~] zelfstandig naamwoord
- maestra [la ~] zelfstandig naamwoord
la profesora
el profesor; el docente; la profesora; el mentor; el maestro; el educador; el pedagogo; el instructor
- profesor [el ~] zelfstandig naamwoord
- docente [el ~] zelfstandig naamwoord
- profesora [la ~] zelfstandig naamwoord
- mentor [el ~] zelfstandig naamwoord
- maestro [el ~] zelfstandig naamwoord
- educador [el ~] zelfstandig naamwoord
- pedagogo [el ~] zelfstandig naamwoord
- instructor [el ~] zelfstandig naamwoord
la profesora
el profesor de la enseñanza básica; la profesora; el maestro; la tía
- profesor de la enseñanza básica [el ~] zelfstandig naamwoord
- profesora [la ~] zelfstandig naamwoord
- maestro [el ~] zelfstandig naamwoord
- tía [la ~] zelfstandig naamwoord
la profesora
la guía; la profesora particular; la profesora; la preceptora; la mentor; la educadora; la pedagoga; la preparadora
- guía [la ~] zelfstandig naamwoord
- profesora particular [la ~] zelfstandig naamwoord
- profesora [la ~] zelfstandig naamwoord
- preceptora [la ~] zelfstandig naamwoord
- mentor [la ~] zelfstandig naamwoord
- educadora [la ~] zelfstandig naamwoord
- pedagoga [la ~] zelfstandig naamwoord
- preparadora [la ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "profesora":

profesor

profesora vorm van profesor:

profesor [el ~] zelfstandig naamwoord

el profesor
el profesor; el docente; la profesora; el mentor; el maestro; el educador; el pedagogo; el instructor
- profesor [el ~] zelfstandig naamwoord
- docente [el ~] zelfstandig naamwoord
- profesora [la ~] zelfstandig naamwoord
- mentor [el ~] zelfstandig naamwoord
- maestro [el ~] zelfstandig naamwoord
- educador [el ~] zelfstandig naamwoord
- pedagogo [el ~] zelfstandig naamwoord
- instructor [el ~] zelfstandig naamwoord
el profesor
el profesor; el maestro; el docente
- profesor [el ~] zelfstandig naamwoord
- maestro [el ~] zelfstandig naamwoord
- docente [el ~] zelfstandig naamwoord
el profesor
el señor; el caballero; el maestro; el hombre; el dueño; el rey; el soberano; el profesor; el docente
- señor [el ~] zelfstandig naamwoord
- caballero [el ~] zelfstandig naamwoord
- maestro [el ~] zelfstandig naamwoord
- hombre [el ~] zelfstandig naamwoord
- dueño [el ~] zelfstandig naamwoord
- rey [el ~] zelfstandig naamwoord
- soberano [el ~] zelfstandig naamwoord
- profesor [el ~] zelfstandig naamwoord
- docente [el ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "profesor":

profesores, profesora, profesoras

Alternatieve synoniemen voor "profesor":

enseñante; educador; docente; maestro
lector; catedrático; conferenciante; disertador
preceptor; pedagogo; experto; hábil; perito; adiestrado; avezado; músico
monitor; instructor; celador

Verwante synoniemen voor profesora