Overzicht


Spaans

Uitgebreide vertaling voor alteza (Spaans) in het Nederlands

alteza:

alteza [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la alteza (eminencia; nobleza)
    de grootheid; de eminentie; de verhevenheid; het aanzien; edel; de verheffing; de hoogheid
  2. la alteza
    doorluchtigheid

Vertaal Matrix voor alteza:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanzien alteza; eminencia; nobleza aire; aparición; apariencia; aspecto; cara; estilo; expresión; exterior; figura; prestigio; reputación; respetabilidad; respeto; semblante; tamaño
doorluchtigheid alteza
edel alteza; eminencia; nobleza
eminentie alteza; eminencia; nobleza
grootheid alteza; eminencia; nobleza
hoogheid alteza; eminencia; nobleza
verheffing alteza; eminencia; nobleza
verhevenheid alteza; eminencia; nobleza altura; desigualdad; elevación; excelsitud
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanzien dar un vistazo a; mirar a; observar; percibir
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
edel bondadoso; con generosidad; de elevados príncipos; elevado; generoso; magnánimo; noble; sublime

Verwante woorden van "alteza":

  • altezas

Synoniemen voor "alteza":