Frans

Uitgebreide synoniemen voor cohue in het Frans

cohue:

cohue [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la cohue
    la bousculade; la foule; l'animation; l'affluence; la poussée; la cohue
  2. la cohue
    la bousculade; la cohue
    • bousculade [la ~] zelfstandig naamwoord
    • cohue [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. la cohue
    la rumeur; le vacarme; le bruit; le tapage; la cabale; le chahut; le tumulte; le fracas; la cohue
    • rumeur [la ~] zelfstandig naamwoord
    • vacarme [le ~] zelfstandig naamwoord
    • bruit [le ~] zelfstandig naamwoord
    • tapage [le ~] zelfstandig naamwoord
    • cabale [la ~] zelfstandig naamwoord
    • chahut [le ~] zelfstandig naamwoord
    • tumulte [le ~] zelfstandig naamwoord
    • fracas [le ~] zelfstandig naamwoord
    • cohue [la ~] zelfstandig naamwoord
  4. la cohue
    la multitude de personnes; le tumulte; la masse; la bousculade; la foule; l'affairement; la presse; l'activité; l'affluence; la cohue
  5. la cohue
    la masse; la foule; le monde; la cohue
    • masse [la ~] zelfstandig naamwoord
    • foule [la ~] zelfstandig naamwoord
    • monde [le ~] zelfstandig naamwoord
    • cohue [la ~] zelfstandig naamwoord
  6. la cohue
    l'effervescence; l'émoi; le tumulte; le charivari; le chahut; la presse; la bousculade; le vacarme; la cohue

Alternatieve synoniemen voor "cohue":