Frans

Uitgebreide vertaling voor horreur (Frans) in het Nederlands

horreur:

horreur [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'horreur (sale type; affreux bonhomme; type inquiétant; type répugnant)
    de griezel; het griezeltje; de engerd
    • griezel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • griezeltje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • engerd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. l'horreur (dégoût; atrocité; épouvante; abomination)
    de gruwel; de verschrikking; iets wat afschuw opwekt
  3. l'horreur (abomination; épouvante; atrocité)
    verfoeilijkheid
  4. l'horreur (atrocité)
    de afschuwelijkheid
  5. l'horreur (sentiment désagréable)
    de akeligheid; de ellendigheid; de beroerdheid
  6. l'horreur (atrocité; laideur)
    de viesheid; walgelijkheid

Vertaal Matrix voor horreur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afschuwelijkheid atrocité; horreur
akeligheid horreur; sentiment désagréable
beroerdheid horreur; sentiment désagréable
ellendigheid horreur; sentiment désagréable
engerd affreux bonhomme; horreur; sale type; type inquiétant; type répugnant
griezel affreux bonhomme; horreur; sale type; type inquiétant; type répugnant
griezeltje affreux bonhomme; horreur; sale type; type inquiétant; type répugnant
gruwel abomination; atrocité; dégoût; horreur; épouvante atrocité; dessert de gruau
iets wat afschuw opwekt abomination; atrocité; dégoût; horreur; épouvante
verfoeilijkheid abomination; atrocité; horreur; épouvante
verschrikking abomination; atrocité; dégoût; horreur; épouvante supplice; tenaillement
viesheid atrocité; horreur; laideur crasse; malpropreté
walgelijkheid atrocité; horreur; laideur

Synoniemen voor "horreur":


Wiktionary: horreur

horreur
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
horreur hekel; walging; walg; griezel Abscheuregional, landschaftlich unterschiedliches Genus: eine starke Abneigung gegen jemanden oder etwas

Verwante vertalingen van horreur