Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. benen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor benen (Nederlands) in het Duits

benen:

benen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de benen
    die Beine
    • Beine [die ~] zelfstandig naamwoord

benen bijvoeglijk naamwoord

  1. benen
    beinern; knöchern

Vertaal Matrix voor benen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Beine benen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beinern benen
knöchern benen benig; broodmager; schonkig; uitgemergeld; uitgeteerd

Verwante woorden van "benen":


Verwante vertalingen van benen