Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. conjunctuur:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor conjunctuur (Nederlands) in het Duits

conjunctuur:

conjunctuur [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de conjunctuur
    die Konjunktur

Vertaal Matrix voor conjunctuur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Konjunktur conjunctuur economie; economische conjunctuur; staathuishoudkunde; volkshuishouding

Verwante woorden van "conjunctuur":

  • conjuncturen

Wiktionary: conjunctuur


Cross Translation:
FromToVia
conjunctuur Konjunktur conjuncture — A combination of events or circumstances