Nederlands

Uitgebreide vertaling voor dromen (Nederlands) in het Duits

dromen:

dromen werkwoord (droom, droomt, droomde, droomden, gedroomd)

  1. dromen
    träumen; herbeisehnen
    • träumen werkwoord (träume, träumst, träumt, träumte, träumtet, geträumt)
    • herbeisehnen werkwoord (sehne herbei, sehnst herbei, sehnt herbei, sehnte herbei, sehntet herbei, herbeigesehnt)

Conjugations for dromen:

o.t.t.
  1. droom
  2. droomt
  3. droomt
  4. dromen
  5. dromen
  6. dromen
o.v.t.
  1. droomde
  2. droomde
  3. droomde
  4. droomden
  5. droomden
  6. droomden
v.t.t.
  1. heb gedroomd
  2. hebt gedroomd
  3. heeft gedroomd
  4. hebben gedroomd
  5. hebben gedroomd
  6. hebben gedroomd
v.v.t.
  1. had gedroomd
  2. had gedroomd
  3. had gedroomd
  4. hadden gedroomd
  5. hadden gedroomd
  6. hadden gedroomd
o.t.t.t.
  1. zal dromen
  2. zult dromen
  3. zal dromen
  4. zullen dromen
  5. zullen dromen
  6. zullen dromen
o.v.t.t.
  1. zou dromen
  2. zou dromen
  3. zou dromen
  4. zouden dromen
  5. zouden dromen
  6. zouden dromen
diversen
  1. droom!
  2. droomt!
  3. gedroomd
  4. dromend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor dromen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
herbeisehnen dromen begeren; hopen; hunkeren; spinzen; sterk verlangen; van hoop vervuld zijn; verlangen
träumen dromen mijmeren; niet oppassen; zich iets onbereikbaars voorstellen; zitten suffen

Verwante woorden van "dromen":


Wiktionary: dromen

dromen
verb
  1. het ervaren van een reeks gebeurtenissen of beelden tijdens de slaap

Cross Translation:
FromToVia
dromen träumen dream — see imaginary events while sleeping
dromen wünschen; träumen dream — to hope, to wish
dromen träumen rêver — Faire des rêves dormir. — note S’emploie absolument et intransitivement, ou transitivement en parlant de l’objet même du rêve.
dromen träumen; schwärmen; wähnen; erwägen; nachdenken; nachsinnen songer — (vieilli) voir en songe, rêver.

dromen vorm van drom:

drom [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de drom (schare; kudde; massa; )
    die Schar; der Schwarm; die Herde; der Haufen; die Horde; der Trupp; die Menge; die Masse; die Volksmenge
    • Schar [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Schwarm [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Herde [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Haufen [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Horde [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Trupp [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Menge [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Masse [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Volksmenge [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. de drom (menigte; bende; schare; )
    der Haufen; die Menge; die Schar; die Truppe; die Horde
    • Haufen [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Menge [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Schar [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Truppe [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Horde [die ~] zelfstandig naamwoord
  3. de drom (mensenmassa; menigte; massa; troep)
    der Trupp; Gedränge; Getreibe; die Menschenmenge; die Menge; die Masse; die Schar; Gemenge; die Volksmenge
    • Trupp [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Gedränge [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Getreibe [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Menschenmenge [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Menge [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Masse [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Schar [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Gemenge [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Volksmenge [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor drom:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gedränge drom; massa; menigte; mensenmassa; troep agitatie; beroering; drukte; gedoe; gedrang; geduw; geraas; gewoel; grote menigte; heibel; heksenketel; kouwe drukte; lawaai; leven; omhaal; ongedurigheid; onrust; oploopje; opschudding; pandemonium; rumoer; samenkomst; toeloop; toevloed; tumult; veel mensen
Gemenge drom; massa; menigte; mensenmassa; troep
Getreibe drom; massa; menigte; mensenmassa; troep beroering; drukte; gedoe; gedrang; geraas; gewoel; gewroet; grote menigte; heibel; heksenketel; kouwe drukte; lawaai; leven; omhaal; ophef; opschudding; pandemonium; rumoer; toeloop; toevloed; tumult; veel mensen
Haufen bende; drom; hoop; horde; kudde; massa; menigte; schaar; schare; troep accumulatie; bende; berg; bijeenbrenging; boel; clan; grote hoeveelheid; heleboel; hoop; hopen; kluit; massa; opeenhoping; opeenstapeling; ophoping; opstapeling; overvloed; selectie; sortering; stapel; stapeling; stapels; stel; verzameling
Herde drom; horde; kudde; massa; schaar; schare; troep
Horde bende; drom; hoop; horde; kudde; massa; menigte; schaar; schare; troep aantal personen bijeen; allegaartje; bende; clan; gezelschap; groep; horde; mengelmoes; meute; samenraapsel; troep
Masse drom; horde; kudde; massa; menigte; mensenmassa; schaar; schare; troep accumulatie; berg; boel; grote hoeveelheid; heleboel; hoop; massa; opeenhoping; opeenstapeling; ophoping; oploopje; opstapeling; overvloed; samenkomst; stapel; toeloop
Menge bende; drom; hoop; horde; kudde; massa; menigte; mensenmassa; schaar; schare; troep aantal; aardig wat; accumulatie; benoemde set; berg; boel; groot en dik stuk; grote hoeveelheid; heleboel; hoeveelheid; homp; hoop; kluit; kwantiteit; massa; opeenhoping; opeenstapeling; ophoping; oploopje; opstapeling; overvloed; partij; samenkomst; selectie; set; sortering; stapel; stel; toeloop; verzameling
Menschenmenge drom; massa; menigte; mensenmassa; troep groep mensen; massa; menigte
Schar bende; drom; hoop; horde; kudde; massa; menigte; mensenmassa; schaar; schare; troep aantal personen bijeen; allegaartje; cohort; gezelschap; groep; groep mensen; mengelmoes; oploopje; samenkomst; samenraapsel; toeloop
Schwarm drom; horde; kudde; massa; schaar; schare; troep afgod; afgodsbeeld; idool; oploopje; samenkomst; toeloop; zwerm
Trupp drom; horde; kudde; massa; menigte; mensenmassa; schaar; schare; troep aantal personen bijeen; gezelschap; groep; groep mensen; oploopje; samenkomst; toeloop
Truppe bende; drom; hoop; horde; massa; menigte; schare bemanning; brigade; groep
Volksmenge drom; horde; kudde; massa; menigte; mensenmassa; schaar; schare; troep oploopje; samenkomst; toeloop; volksmenigte

Verwante woorden van "drom":


Wiktionary: drom


Cross Translation:
FromToVia
drom Masse; Haufen; Menge; Stapel masseamas de plusieurs parties qui faire corps ensemble.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van dromen