Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Duits ->Vertaal eigengereidheid

Vertaal eigengereidheid van Nederlands naar Duits

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

eigengereidheid:
- Eigensinnigkeit; Eigensinn; Halsstarrigkeit
eigengereid:
- naseweis; vorwitzig; vorlaut

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor eigengereidheid (Nederlands) in het Duits

eigengereidheid:

eigengereidheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de eigengereidheid (eigenwijsheid; eigenzinnigheid)
die Eigensinnigkeit; der Eigensinn; die Halsstarrigkeit
- Eigensinnigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Eigensinn [der ~] zelfstandig naamwoord
- Halsstarrigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor eigengereidheid:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Eigensinn	eigengereidheid; eigenwijsheid; eigenzinnigheid
Eigensinnigkeit	eigengereidheid; eigenwijsheid; eigenzinnigheid
Halsstarrigkeit	eigengereidheid; eigenwijsheid; eigenzinnigheid	halsstarrigheid; hardhoofdigheid; hardnekkigheid; koppigheid; stijfhoofdigheid; stijfkoppigheid; weerbarstigheid; weerspannigheid

Verwante woorden van "eigengereidheid":

eigengereid

eigengereid:

eigengereid bijvoeglijk naamwoord

eigengereid (eigenwijs; eigenzinnig)
naseweis; vorwitzig; vorlaut
- naseweis bijvoeglijk naamwoord
- vorwitzig bijvoeglijk naamwoord
- vorlaut bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor eigengereid:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
naseweis	eigengereid; eigenwijs; eigenzinnig
vorlaut	eigengereid; eigenwijs; eigenzinnig
vorwitzig	eigengereid; eigenwijs; eigenzinnig

Verwante woorden van "eigengereid":

eigengereidheid, eigengereide