Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gehavend (Nederlands) in het Duits

gehavend:

gehavend bijvoeglijk naamwoord

  1. gehavend (geschonden)
    geschunden; schadhaft; angeschlagen; beschädigt; ramponiert; havariert
  2. gehavend (gewond; aangeslagen)
    verwundet; angeschlagen; havariert; beschädigt; ramponiert

Vertaal Matrix voor gehavend:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beschädigt aangeslagen; gehavend; geschonden; gewond aan flarden; aan scherven; beschadigd; gebarsten; gebroken; kapot; mismaakt; misvormd; stuk
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
angeschlagen aangeslagen; gehavend; geschonden; gewond aan flarden; beschadigd; gebarsten; geraakt; getoucheerd; kapot; stuk
geschunden gehavend; geschonden
havariert aangeslagen; gehavend; geschonden; gewond aan flarden
ramponiert aangeslagen; gehavend; geschonden; gewond aan flarden; beschadigd; gebarsten; kapot; stuk
schadhaft gehavend; geschonden aan stukken; armzalig; beschadigd; defect; gebarsten; gebroken; in stukken; kapot; karig; mager; onklaar; pover; schamel; schraal; stuk
verwundet aangeslagen; gehavend; gewond aangeschoten; gekwetst; getroffen; gewond