Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. gespring:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gespring (Nederlands) in het Duits

gespring:

gespring [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het gespring (gehuppel)
    Springen; Hüpfen; Gehüpfe
    • Springen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Hüpfen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Gehüpfe [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor gespring:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gehüpfe gehuppel; gespring
Hüpfen gehuppel; gespring
Springen gehuppel; gespring afspringen; naar beneden springen; springen